John Welwood, inmiddels overleden en voormalig psychotherapeut en boeddhist, legt in zijn boek Liefde geven, liefde ontvangen uit wat het verschil is tussen absolute liefde en relatieve liefde. Welwood lijkt hiermee aan te geven dat mensen die wél veilig gehecht zijn en over voldoende zelfvertrouwen beschikken toegang hebben tot de absolute liefde.
Degene die dit niet heeft mogen ervaren in zijn jeugd, is altijd op zoek naar relatieve liefde. En dat is tijdelijk en voorbijgaand. 'Relatief betekent afhankelijk van tijd en omstandigheden', schrijft Welwood in het boek. Een relatieve liefde kan een liefdespartner zijn. Met haar of hem ga je mooie tijden tegemoet, maar kom je ook soms in zwaar weer.
'Relatieve liefde is als het zonlicht van absolute liefde, wanneer het gefilterd wordt door de wolken van onze geconditioneerde persoonlijkheid en haar verdedigingspatronen - angst, wantrouwen, reactiviteit, oneerlijkheid, agressie en verwrongen waarnemen. Net als een gedeeltelijke bewolkte lucht is relatieve liefde niet-compleet, niet-constant en niet-volmaakt.'
De valkuil is dat met name verwonde mensen op zoek gaan naar een liefdespartner die het absolute moet geven. Maar dit bestaat niet volgens Welwood. Het is volgens hem belangrijk dat mensen inzien dat er een verschil is tussen absolute en relatieve liefde. Anders blijven mensen als een hamster in een rad rennen op zoek naar degene die hun de absolute liefde gaat geven.
Verwondingen uit de jeugd kunnen mensen heel eenzaam maken. Bram Bakker, voormalig psychiater, zegt dan ook dat juist deze eenzame mensen zo verlangen naar een partner. Vermoedelijk sluit dit aan bij de teksten van Welwood en willen ze de absolute liefde vinden in hun partner. 'De eerste stap in het helingsproces (van de verwonde mens. red.) bestaat daarom uit het waarderen van het belangrijke verschil tussen relatieve en absolute liefde', aldus Welwood.
Lees het artikel op de mobiele website