Sinds oktober volg ik een therapie bij een psychosomatische coach om mijn lichaam weer uit een stress-mode te krijgen. Ik moet zeggen, het is best moeilijk. Ik ben gewend in therapie te praten en dat brengt toch een bepaald soort veiligheid met zich mee.
Maar als je steeds naar je lichaam gaat is een contact met iemand anders. Het is vergelijkbaar met als er stiltes vallen in een gesprek tussen mensen. Het is toch anders. Ik denk ook dat je je bij iemand op intellectueel niveau best veilig kan voelen, maar dat blijkt dat de laag eronder, op het lichaamsniveau, er geen veiligheid is. Dat is best interessant eigenlijk.
Mijn therapie gaat over het kalmeren van het zenuwstelsel, vermoedelijk onder andere gebaseerd op de polyvagaal-theorie van Stephen Porges. Elke keer als ik bij haar aanwezig ben, dan vraagt ze: 'Hoe voelt je lichaam nu? Waar voel je dit en dat? Is het warm of koud? Wat voor vorm heeft dat lichaamsonderdeel? Hoe breed is het? Kan je het indrukken? Voelt het dan hard of zacht?'
Hierdoor neemt vermoedelijk je bewustzijn van je lichaam, je interoceptie, met flinke stappen toe. Het is best moeilijk als iemand vraagt aan je welke schouder zwaarder voelt, je linker of rechter. Zie er maar eens antwoord op te geven. Ergens ook verbazingwekkend eigenlijk dat je dat antwoord niet zo snel kan geven.
Tot deze week had ik geen vertrouwen dat dit zou gaan helpen. Maar deze week voel ik me zo goed, dat ik er wel vertrouwen in heb. Daarvoor zei ik tegen mensen: 'Als de volgende keer iemand na de sessie zegt: Oké, dit was allemaal gelul, je zit in Bananasplit!'. Dan had ik hem geloofd en hem de hand geschud.
Dit omdat het zo ontzettend eenvoudig en basaal is. Als je mensen vertelt wat je hebt gedaan dat uur, dan moeten ze soms lachen. 'Kan ik dat ook doen voor dat tarief?', krijg je weleens te horen. Ik snap dat wel. Zo zit ik er zo ook soms.
Toch is er deze week, voor nu, een kentering gekomen dat ik er vertrouwen in heb dat ik door deze therapie het contact met mijn lichaam kan herstellen. Mijn doel voor de komende weken is om elke dag bij warme gevoelens stil te staan, te kijken of ze zich uitbreiden over mijn lichaam en om spanningen op te zoeken en er bij te blijven. Ik wil kijken of ze wat te betekenen hebben.
Verder doe ik nu twee keer per dag de Basic Exercise van Stanley Rosenberg. Deze oefening, die hieronder ook staat, zorgt voor een activatie van de nervus vagus. Je moet je handen achter je hoofd doen. Vervolgens naar links en naar rechts gaan en kijken hoe ver je kan kijken. Daarna moet je vanuit je ooghoeken naar je elleboog kijken tot je moet gapen of slikken. Ik vermoed dat er dan een ontspanning van het zenuwstelsel plaats vind. Het valt me wel op dat ik daarna vaak moe word, wat duidt op ontspanning.
Ik weet het nog niet. Ik zal nog geen conclusie trekken of het helpt. Rosenberg beweert in een podcast op Spotify wel dat hij met deze oefeningen groepen mensen heeft gevolgd waarbij er op jaarbasis slechts enkelen waren die er niet op vooruit waren gegaan. Ook heeft hij sessies gedaan met Porges. Ik doe het maar gewoon en als blijkt dat het allemaal Bananasplit is, dan is het maar zo. Andere opties zijn er vooralsnog niet.
Lees het artikel op de mobiele website