Jim van Os, een bekende hoogleraar psychiatrie in Nederland, schreef afgelopen weekend in het NRC een alarmerend artikel samen met Kees Cools over de invloed van de economie op de mentale gesteld van mensen in Nederland. Die invloed zou groot zijn.
Van Os verwijst naar een studie waarin staat dat er een negatief effect is van het neoliberale kapitalisme op de gezondheid van mensen. 'Bovendien heerst er, onder invloed van onder meer de neoliberale denker Milton Friedman, een economistische ideologie van oneindige behoeften, concurrentie en eeuwige groei. Daardoor worden we steeds meer in een identiteitsvorm gedwongen waarin we onszelf moeten vermarkten', schrijft hij onder andere.
'Voor jonge werkenden zijn de gevolgen van het doorgevoerde neoliberale beleid vaak extra schrijnend. Tijdelijke contracten, de opkomst van de ‘gig-economie’, prestatiedruk en een onzekere huizenmarkt: ze maken het voor velen onmogelijk om een stabiele toekomst op te bouwen', vervolgen ze in het artikel, en verwijzen naar deze studie over adolescenten.
Van Os en Cools stellen dat er continu prikkels nodig zijn voor mensen. 'Daarnaast raken we steeds dieper verstrikt in een consumptieve cyclus van directe beloning. Het economische systeem werkt als een groeiverslaving: het beloont onmiddellijke bevrediging via kopen, scrollen, snacken, klikken of ‘koop nu en betaal later’, en stuurt zo onze aandacht voortdurend naar snelle prikkels.'
Dit zou ook zo ingesteld worden door de economie en de cultuur. We willen groeien met de economie in Nederland en op scholen wordt dit vanaf jongs af aan er al in gebakken. Ze noemen dit groeidwang. 'De belangrijkste boosdoener is de groeidwang die sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw eigen is aan onze vrijemarkteconomie. Dat speelt zowel op macroniveau – maximale groei van het nationaal inkomen als overheidsdoel – als bij (beursgenoteerde) bedrijven die streven naar maximale winstgroei.'
De studies waar Van Os en Cools naar wijzen, zijn recente studies. Echter, als we kijken naar data over een langere periode. Laten we zeggen dertig jaar, dan blijkt dat onder jongeren de problemen helemaal niet toe nemen. Zo stelde hoogleraar gedragswetenschappen aan de UvA, Levi van Dam, eerder in dezelfde krant.
Van Dam komt tot andere conclusies. 'Ook van collega’s in de jeugdhulp hoorde ik dat we nu echt met de handen in het haar zaten. De Amerikaanse sociaal psycholoog Jonathan Haidt spreekt al van ‘de angststoornis-generatie’. Hallo, zeg. Ik begon me toen af te vragen of die toename er op populatieniveau nu eigenlijk was', zei Van Dam.
Hij dook in de cijfers vanaf de jaren negentig en kwam tot de conclusie dat er niks is veranderd. 'De epidemiologische cijfers die ik vond bevestigden dat. Sinds we begin jaren negentig mentale problemen zijn gaan bijhouden met het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM) gaat het om zo’n 30 procent van de jeugd. Dat is dus gewoon stabiel. Ik vond dat eerst ook gek, maar het is zo.'
Om op de poll te stemmen, open het originele artikel hier.
Gerelateerde links:
-Opinie: De economie maakt ons ziek (NRC)
Lees het artikel op de mobiele website