Psychotherapiesessies met verzorgers c.q. ouders kunnen helpen om ernstige ziekten later in het leven van jonge kinderen te voorkomen die significante trauma's hebben meegemaakt, volgens een nieuwe studie van UC San Francisco. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat jonge kinderen psychologisch voordeel halen uit dyadische, kind-ouder behandelingen voor trauma, maar dit is de eerste keer dat er ook een biologisch voordeel is gevonden.
De onderzoekers van UCSF onderzochten het effect van dyadische therapie op een variabele die zij 'leeftijdsversnelling' noemden, een indicator van hoe snel of langzaam het lichaam van een persoon veroudert in vergelijking met hun chronologische leeftijd. Deze 'epigenetische klok' loopt sneller bij mensen die vroeg in hun jeugd trauma's hebben meegemaakt, wat hen een groter risico op hartziekten, kanker, obesitas en astma geeft.
Het onderzoek vergeleek twee groepen kinderen in de Bay Area, tussen 2 en 6 jaar oud, die trauma's hadden meegemaakt. Voor de behandeling hadden beide groepen vergelijkbare niveaus van biologische leeftijdsversnelling. Een groep ontving tot 20 wekelijkse sessies van Child-Parent Psychotherapy (CPP), een programma ontworpen door Alicia Lieberman, PhD. De andere groep ontving geen CPP.
De 45 kinderen die deelnamen aan de therapie hadden minder leeftijdsversnelling dan de 110 die dit niet deden. Hoewel het verschil niet groot was, kan het toch significant zijn, omdat zelfs kleine biologische veranderingen in een vroeg stadium grote verschillen in gezondheidsuitkomsten kunnen veroorzaken gedurende het leven.
Meer dan 80 procent van de kinderen in de behandelingsgroep en twee derde van de vergelijkingsgroep waren latijns, wat belangrijk is omdat families van kleur en gezinnen met lage inkomens vaker trauma's meemaken dan witte families met hogere inkomens, maar ze zijn meestal niet opgenomen in medisch onderzoek. De bevindingen benadrukken het belang van het beschikbaar stellen van kind-ouder therapieën voor gezinnen die trauma en stress hebben ervaren.
Trauma was gedefinieerd bij kinderen als heftige trauma in dit onderzoek. 'We hebben het over zeer acuut trauma bij jonge kinderen, dingen als verlies van een ouder, mishandeling en geweld in de gemeenschap,' zei Lieberman. 'De kinderen in de interventie hadden gemiddeld vijf traumatische gebeurtenissen jonger dan zes jaar, terwijl uit de literatuur blijkt dat als je er vier of meer hebt vóór de leeftijd van 18, je meer kans hebt om als volwassene een van de 10 belangrijkste doodsoorzaken te ontwikkelen.'
De ouders hadden gemiddeld 13 trauma's op hun conto staan. In deze vorm van ouder-kind therapie werden speeltjes gebruikt om het kind te laten spreken over gevoelens en gedachten. 'Wanneer zowel de ouder als het kind een trauma hebben meegemaakt, verergert dit de effecten van het trauma', licht Lieberman toe. 'Onze aanpak is om de relatie en het trauma van zowel kind als volwassene te helen in sessies samen. Relaties zijn de sleutel tot gezondheid, te beginnen in de vroege kinderjaren. Ouders kunnen zich soms hopeloos voelen als ze worden blootgesteld aan het trauma van de kinderen.'
In onderstaande video, die niet één op één gerelateerd is aan dit onderzoek, legt Lieverman meer uit over dit soort interventies.
Lees het artikel op de mobiele website