Bruinvissen hebben de afgelopen weken geprofiteerd van de stilte op de Oosterschelde. Door de coronacrisis wordt er minder gevist en dat zorgt ervoor dat ze zich anders gaan gedragen.
Frank Zanderink, directeur van Stichting Rugvin, trekt die conclusie na wekenlange observaties. 'Voor de coronacrisis kwamen we normaal gesproken één of twee bruinvissen tegen. Heel af en toe waren dat er vier of vijf, maar dan een beetje uit elkaar en nooit voor langere tijd. Maar nu zijn het er veel meer, wel tien tot vijftien op een plek', zegt hij tegen NU.nl.
Zanderink heeft dit in al die jaren nog nooit waargenomen. 'Ik doe ruim vijftien jaar onderzoek naar dit dier, maar dit fenomeen heb ik nog niet eerder gezien', laat hij weten. Nadat men weer meer is gaan vissen, vindt het omgekeerde plaats. 'Omdat mensen de teugels wat loslieten, zag je het aantal boten een paar weken later weer toenemen en direct zag je dat het aantal bruinvissen dat met elkaar zwom afnam.'
Veel dove bruinvissen
Zanderink vertelt verder dat bruinvissen erg gevoelig zijn voor geluid. Lawaai is voor mensen niet altijd te horen, maar voor de bruinvissen wel. Het dier heeft zogenaamde echolocatie nodig om vissen te vangen.
Het Wereld Natuur Fonds schat dat er per jaar 800 tot 8000 bruinvissen doof worden. Dit gebeurt bijvoorbeeld doordat men aan het heien is in de zee bij de aanleg van windmolenparken. Of bijvoorbeeld bommen uit de oorlog die men laat ontploffen.
De bruinvis is de meest voorkomende walvis in de Noordzee. Het zoogdier leeft alleen of in groepen van twee tot tien walvissen met uitzonderingen van tientallen bruinvissen. In 2016 zijn de bruinvissen op 250.000 stuks geschat in de Noordzee. (foto: Pixabay)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties