Hechting

In de psychologie verwijst 'hechting' naar de emotionele band die zich ontwikkelt tussen een jong kind en zijn of haar verzorger(s). Dit concept is een centraal onderdeel van de hechtingstheorie, die voor het eerst werd ontwikkeld door John Bowlby en Mary Ainsworth. Hechting is cruciaal voor de emotionele en sociale ontwikkeling van een kind. Het beïnvloedt hoe individuen in hun latere leven relaties vormen en onderhouden.

Er zijn verschillende hechtingsstijlen geïdentificeerd, waaronder:

  1. Veilige hechting: Kinderen die veilig gehecht zijn, voelen zich beschermd door hun verzorgers en weten dat ze op hen kunnen vertrouwen voor steun.
  2. Onveilige-vermijdende hechting: Deze kinderen hebben de neiging om intimiteit en nabijheid te vermijden, vaak als een verdedigingsmechanisme tegen afwijzing.
  3. Onveilige-ambivalente/resistente hechting: Deze kinderen zijn vaak angstig en onzeker over de betrouwbaarheid van hun verzorgers.
  4. Gedesorganiseerde hechting: Dit type hechting wordt vaak waargenomen bij kinderen die inconsistent of traumatisch ouderschap hebben ervaren, wat leidt tot verwarring en tegenstrijdige gedragingen.

Deze hechtingspatronen kunnen diepgaande gevolgen hebben voor persoonlijke relaties en emotioneel welzijn in het latere leven.

Hechting Nieuws

Lees al het laatste nieuws over Hechting