Ap Dijksterhuis schreef het boek ‘Wegwee’. De psycholoog uit 1968 is van mening dat reizen wel degelijk voor een bepaald moment gelukkig kan maken. 'Wegwee' is dan ook tegenovergestelde van heimwee, mensen die juist graag thuis willen blijven.
In gesprek met het Algemeen Dagblad legt hij uit waarom hij denkt dat reizen een mens gelukkig kan maken. 'Het grote voordeel van reizen is dat je onderweg vooral in het heden leeft. Je maakt zo veel mee dat je niet bezig bent met het verleden of de toekomst. Er is geen tijd om te piekeren en dat is verfrissend. De wereld zit vol prachtige dingen waarover je je kunt verwonderen.'
Dit verwonderen maakt je scherper vermoedt Dijksterhuis. 'Verwondering maakt je blij en alert, je wordt er creatiever van en je doet nieuwe inzichten en inspiratie op. Ik kan nu nog de opwinding voelen van het moment dat ik voor het eerst de Grand Canyon zag. En nog wat: doordat je zoveel nieuwe indrukken krijgt, lijkt een dag een week. Daardoor verleng je gevoelsmatig je leven.'
Het geluk is meetbaar volgens hem. Dat is al eens gemeten bij een groep Chinezen die op reis waren geweest. Na de reis voelden ze zich 'gelukkiger'. Maar heb je geen geld nodig om veel te kunnen reizen? 'Een voettocht door Nederland maakt ook gelukkig. Bovendien kom je met creativiteit een heel eind', zegt de psycholoog.
Dijksterhuis is onder andere in Noord-Korea, Japan en Peru geweest. Wat heeft hij geleerd van al het reizen? 'Dat mensen niet wezenlijk verschillen. Ze willen allemaal hetzelfde: veiligheid, vriendschap, dat het goed gaat met de kinderen, gezelligheid en een beetje luxe. Reizen maakt ruimdenkender, heeft onderzoek ook uitgewezen. Omdat je dan realiseert dat die mensen in andere culturen er ook maar het beste van proberen te maken.' (foto: Pixabay)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties