Een uitgebreid meta-analytisch onderzoek van de Ruhr Universiteit Bochum heeft de mate van geluk gedurende het leven van een persoon onderzocht. Het betrof meer dan 460.000 deelnemers uit 443 studies. De focus lag op drie kerncomponenten van subjectief welzijn: levenstevredenheid, positieve emotionele toestanden en negatieve emotionele toestanden.
De resultaten tonen aan dat de levenstevredenheid afneemt tussen de leeftijden van 9 en 16, daarna licht toeneemt tot de leeftijd van 70 en vervolgens weer afneemt tot de leeftijd van 96. Positieve emotionele toestanden laten over het algemeen een daling zien van 9 tot 94 jaar, terwijl negatieve emotionele toestanden enigszins fluctueren en dan afnemen tot 60 jaar en daarna weer toenemen.
Professor Susanne Bücker benadrukt dat de studie over een groot deel van het leven een positieve trend laat zien, vooral als we kijken naar levenstevredenheid en negatieve emotionele toestanden. De daling van levenstevredenheid tijdens de puberteit kan te wijten zijn aan lichamelijke en sociale veranderingen. De algemene daling van positieve gevoelens kan te maken hebben met gezondheidsproblemen en het verlies van leeftijdsgenoten op oudere leeftijd.
De resultaten wijzen op het belang van het bevorderen van subjectief welzijn in alle levensfasen. De bevindingen kunnen richting geven aan interventieprogramma's, vooral gericht op het behoud of verbetering van het subjectief welzijn op latere leeftijd.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties