Op sommige momenten in mijn leven heb ik 'te veel ego' gehad. Dan gaat het om het 'zijn' van iemand waar je te veel aan vast houdt en dat ik dan het perfecte leventje wilde, want niet altijd lukte. Dan kan je ego je ook in de weg gaan zitten.
Op andere gebieden kan te veel ego je ook in de weg zitten. Bijvoorbeeld met doodsangst, dan ben ik van mening dat te veel ego je doodsangst vergroot. Omdat je dan denkt dat je zo belangrijk bent, dat je eigenlijk niet dood kan gaan.
Maar over het algemeen heb ik de afgelopen 3,5 jaar vanwege niet vast te stellen lichamelijke klachten te weinig ego-gevoelens gehad. Doordat ik mijn lichaam niet goed voel, heb ik ook geen tot weinig ego-gevoel. En dat is lastig.
Dat betekent ook dat gevoelens van 'stoer doen', 'trots' etc. ver weg blijven. Maar, het is ook weer niet het tegenovergestelde, dat je daardoor minderwaardig of slecht voelt, maar gewoon een neutrale staat zonder al te veel ego.
Maar dat gevoel dat je een 'self' bent dat is prettig. Dat zorgt ervoor dat je dingen relevant vind, dat je je best doet, dat je trots kan zijn etc. Het zorgt voor wat meer wil, meer energie, voor het meer doorleven van gevoelens etc. En het bewust ervaren van gevoelens in je gezicht.
Je kan het zien als mensen bijvoorbeeld in hun auto sterk aan het peinzen zijn met een hand onder hun gezicht. Ze zijn dan helemaal in hun zelf. Dat gedeelte mis ik vaak.
Maar goed, er valt wel mee te leven. En het heeft ook voordelen. Doordat ik minder ego heb, hoef ik me minder druk te maken of ik bepaalde levensdoelen wel of niet bereik. Ik kan op de automatische piloot elke dag doorkomen. Ook heb ik minder dalen, omdat ik toch niet zoveel voel.
Al met al zou ik mensen adviseren om dit ego-gevoel wel gewoon in stand te houden, alleen misschien moet je onderscheid maken tussen ego-gevoel en ego. Want het gevoel, dat je iemand bent en je identificeert met jezelf, daar is in principe niks mis mee. Alleen ego, dus meer het geestelijke ego, dat je echt iemand móet zijn, dat is gevaarlijker en kan tot problemen leiden.
Ego en het boeddhisme
Ik heb daarom voor mezelf ook vastgesteld, iets van vijf jaar geleden geleden toen ik nog vaker met boeddhisme bezig, dat er wel een balans moest zijn tussen ego en non-dualiteit. In het boeddhisme zou je ego op moeten lossen uiteindelijk. Nu zijn er diverse non-dualiteit-wappies, die geen contact meer hebben met hun lichaam en zogenaamd 'verlicht' zijn. Dat is ook weer niet de bedoeling.
Robert Hartzema en John Welwood zeggen daarom altijd terecht je moet eerst je emotioneel ontwikkeld hebben voordat je je in non-dualiteit en boeddhisme gaat verdiepen. Je kan er wel wat over lezen, maar de basis blijft dat je ego en emotionele intelligentie belangrijker is dan het niet hebben van een ego en verlicht zijn. Anders krijg je dat je gaat vluchten in non-dualiteit en heb je het over een spiritual bypass, een term die ook is geïntroduceerd door Welwood in 1984.
Al met al kan het hebben van te veel ego voor problemen zorgen en richting narcisme gaan. Anderzijds moet je wel een gezond-ego hebben om in deze maatschappij te leven. Daarom spreekt men in de psychologie ook wel van gezond narcisme. Je mag je pas richting non-dualiteit bewegen als je al je trauma's hebt weggewerkt. Het enige probleem is daarbij, zoals Alexander Lowen ook erkent in zijn boeken, is dat je meestal daar je hele leven al zoet mee bent.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties