Eén uur eerder opstaan kan het risico op een zware depressie met drieëntwintig procent dalen, zo blijkt uit een omvangrijke nieuwe genetische studie die gepubliceerd werd in het tijdschrift JAMA Psychiatry.
De studie van 840.000 mensen, uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Colorado Boulder en het Broad Institute van MIT en Harvard, is één van de sterkste bewijzen tot nu toe dat het chronotype - de neiging van een persoon om op een bepaald tijdstip te slapen - het risico op depressie beïnvloedt. Het is ook één van de eerste studies die kwantificeert hoeveel, of weinig, verandering nodig is om de geestelijke gezondheid te beïnvloeden.
Nu mensen na de pandemie op afstand gaan werken en naar school gaan - een trend die velen ertoe heeft gebracht later te gaan slapen - kunnen de bevindingen belangrijke gevolgen hebben. Eerdere observationele studies hebben aangetoond dat nachtbrakers maar liefst twee keer zoveel kans hebben op een depressie dan vroege vogels, ongeacht hoe lang ze slapen. Maar omdat stemmingsstoornissen zelf het slaappatroon kunnen verstoren, hebben onderzoekers het moeilijk gehad om te ontcijferen wat wat veroorzaakt.
Wat is een vroege vogel?
Andere studies hadden kleine steekproeven, vertrouwden op vragenlijsten van een enkel tijdstip, of hielden geen rekening met omgevingsfactoren die zowel de slaaptiming als de stemming kunnen beïnvloeden, waardoor de resultaten mogelijk worden verstoord. In 2018 publiceerde Vetter een groot langetermijnonderzoek onder 32.000 verpleegkundigen waaruit bleek dat ‘vroege vogels’ tot zevenentwintig procent minder kans hadden om in de loop van vier jaar een depressie te ontwikkelen, maar dat riep de vraag op: Wat betekent het om een vroege vogel te zijn?
Om een duidelijker idee te krijgen of het vroeger verschuiven van de slaaptijd echt beschermend is, en hoeveel verschuiving daarvoor nodig is, wendde hoofdauteur Iyas Daghlas, M.D., zich tot gegevens van het DNA-testbedrijf 23 and Me en de biomedische databank UK Biobank. Daghlas gebruikte vervolgens een methode genaamd ‘Mendeliaanse randomisatie’ die gebruik maakt van genetische associaties om oorzaak en gevolg te helpen ontcijferen.
Slaapvoorkeur
De onderzoekers beoordeelden geanonimiseerde genetische gegevens over deze varianten van 850.000 personen, waaronder gegevens van 85.000 personen die gedurende zeven dagen draagbare slaaptrackers hadden gedragen en 250.000 personen die vragenlijsten over hun slaapvoorkeur hadden ingevuld. Dit gaf hen een meer verfijnd beeld, tot op het uur nauwkeurig, van hoe variaties in genen invloed hebben op wanneer we slapen en wakker worden.
In de grootste van deze steekproeven identificeerde ongeveer een derde van de ondervraagden zichzelf als ochtendmens, negen procent was een nachtmens en de rest zat in het midden. Over het geheel genomen was de gemiddelde slaaproutine van elf uur ‘s avonds tot zes uur ‘s ochtends. Met deze informatie in de hand, wendden de onderzoekers zich tot een andere steekproef die genetische informatie bevatte samen met geanonimiseerde medische dossiers en recepten en enquêtes over diagnoses van depressieve stoornis.
Vroeger slapen
Met behulp van nieuwe statistische technieken, vroegen zij zich af: Hebben mensen met genetische varianten die hen voorbestemmen om vroeg op te staan ook een lager risico op depressie? Het antwoord is een duidelijk ja. Elk uur vroeger slapen (halverwege tussen bedtijd en wektijd) kwam overeen met een drieëntwintig procent lager risico op een depressieve stoornis. Dit suggereert dat als iemand die normaal om één uur ‘s nachts naar bed gaat, in plaats daarvan om middernacht naar bed gaat en even lang slaapt, hij zijn risico met drieëntwintig procent kan verlagen; als hij om elf uur uur naar bed gaat, kan hij zijn risico met ongeveer veertig procent verlagen.
Sommige onderzoeken suggereren dat een grotere blootstelling aan licht gedurende de dag, wat vroege vogels meestal krijgen, resulteert in een cascade van hormonale effecten die de stemming kunnen beïnvloeden. Anderen merken op dat het hebben van een biologische klok, of circadiaan ritme, dat anders loopt dan dat van de meeste mensen, op zichzelf al deprimerend kan zijn. Hij benadrukt dat een grote gerandomiseerde klinische studie nodig is om definitief vast te stellen of vroeg naar bed gaan depressie kan verminderen, maar deze studie is een goed begin.
Voor degenen die zelf willen overschakelen op een vroeger slaapschema, geeft hoofdauteur Celine Vetter, assistent-professor fysiologie aan de CU Boulder, dit advies: ‘Houd je dagen licht en je nachten donker’, zegt ze. ‘Drink je ochtendkoffie op de veranda. Loop of fiets naar je werk als je kunt, en dim die elektronica ‘s avonds.’ (Foto: Pexels/Andrea Piacquadio)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties